Minder merels in onze tuinen
De 20ste editie van Het Grote Vogelweekend van Natuurpunt zit er weer op en volgens de voorlopige cijfers telden 47.237 enthousiastelingen de tuinvogels in Vlaanderen. Er zijn 805.501 vogels geteld in 25.403 tuinen. Gemiddeld zagen de vogeltellers 24 vogels van 7 soorten per tuin, dat is iets meer dan vorig jaar. De top 3 is: huismus, koolmees en vink, dezelfde als vorig jaar. De merel zakt verder weg en verdwijnt in Vlaams-Brabant zelfs uit de top 10.
“We waren heel benieuwd naar de aantallen van de merel nadat er vorig jaar een nieuwe uitbraak was van het usutuvirus. We moeten helaas vaststellen dat zijn aanwezigheid in onze tuinen verder achteruit gaat. Voor het eerst komt hij niet meer voor in de top 10 in de provincie Vlaams-Brabant. In de Vlaamse top 10 daalt hij naar de 8e plaats. Voor het eerst werden in minder dan 70% van de getelde tuinen nog merels opgemerkt. Tussen 2000 en 2010 haalde hij nog een 3de of 4de plaats en zaten ze nog in meer dan 90% van de getelde tuinen”, zegt Gerald Driessens, vogelexpert van Natuurpunt. “De huismus mag dan wel op nummer één staan, toch gaan de aantallen al jaren achteruit. 20 jaar geleden zaten de huismussen in meer dan 60% van de tuinen, nu in minder dan 50%.”
Er werden in onze tuinen gemiddeld 24 vogels van 7 soorten gezien, in 2022 waren dat 23 vogels van 7 soorten. “De tellingen lopen nog binnen, maar met 47.237 vogeltellers, in zowel scholen als thuis, ziet het ernaar uit dat we hetzelfde aantal tellers halen als in 2022. De tuinvogeltelling zegt niet altijd iets over de populatietrends van de respectievelijke soorten op nationale of Europese schaal, al zijn de verschuivingen vaak gelijkaardig. We meten uitsluitend hoeveel vogels er op het moment van de telling naar onze tuinen afzakken. Dat is onderhevig aan steeds dezelfde factoren: het weer en de beschikbaarheid van natuurlijk voedsel, waarbij zowel de toestand hier als die in hun broedgebieden een rol kunnen spelen. Door de zachte winter, zijn er geen grote hoeveelheden wintervogels afgezakt naar onze tuinen. We moeten het vooral hebben van de standvogels die het hele jaar in de buurt hangen en van wintervogels die zich tot onze tuin aangetrokken voelen: denk aan mezen, roodborstjes en vinken. Terwijl de toename van de kauw lijkt te stagneren, blijft de houtduif schijnbaar toenemen. In een verdere analyse van uitsluitend de kwartiertellingen zullen we bekijken hoe die aantallen zich echt verhouden.”
Net als vorig jaar zagen we de afgelopen maanden geen opmerkelijke invasies van wintervogels uit het noorden. “In het eindrapport zullen we extra aandacht besteden aan de achteruitgang van de merel, maar ook hoe het de groenling vergaat, die verveeld zit met de impact van Trichomonas gallinae (ook gekend als ‘het Geel’),” zegt Gerald Driessens. “Deze parasitaire ziekte moet ons voortdurend doen beseffen dat we een verantwoordelijkheid dragen om voederplaatsen voldoende hygiënisch te houden: dus geen overtollige zaden die lang blijven liggen en de kansen op ziektekiemen sterk verhogen. We zijn ook benieuwd hoe de geleidelijke achteruitgang van de Turkse tortel zich geografisch aftekent. We stellen deze duif nu in zowat 35% minder tuinen vast dan in 2006-2008”. De putter, een soort zonder ambities voor de top 10, zit wel bescheiden achteraan in de ranking maar blijft zich positief manifesteren.
Foto (c) Pexels.
(Redactioneel: 'TROS Radionieuws en driestroom.be)